De eerste keer praten we met elkaar om er achter te komen wat je wilt leren over plassen en/of poepen, want daar weten wij veel van. Je komt dan altijd met je mama of papa. We willen bijvoorbeeld weten hoe lang je last hebt van het probleem, wanneer je er last van hebt en wanneer niet en hoe dat dan komt. De meeste kinderen kunnen dat heel goed aan ons vertellen. We willen ook weten waar je goed in bent of wat je juist moeilijk vindt, hoe het met je gaat op school en thuis. Mama en papa mogen je altijd helpen bij moeilijke vragen. Hoe meer we van jou weten, hoe beter we je kunnen helpen. Jij mag natuurlijk ook vragen aan ons stellen als je dat wilt!
Nadat we gepraat hebben gaan we samen doornemen hoe je lichaam werkt: hoe wordt je plas gemaakt en waar komt je poep vandaan? We laten zien hoe je op de wc moet zitten. Waarschijnlijk weet je al heel veel en doe je al heel veel dingen goed. Bij de dingen die nog niet zo goed gaan, gaan we je helpen. We bedenken oefeningen die je thuis met papa en mama kunt doen.
Je krijgt opdrachten mee naar huis. Dit kunnen lijsten zijn, waarop je gaat bijhouden hoeveel je plast en hoe vaak je poept, maar ook wat je eet en drinkt. Of we vragen je bijvoorbeeld te tekenen hoe jouw wc thuis er uit ziet. Je leert er veel van!